Zoals ik al schreef bij de kippenbouillon; van zo'n soepkip heb je veel vlees, misschien wel teveel voor alleen een pan kippensoep. Dus zet ik er meestal nog een pan naast en maak een lekkere kippenragout. Heerlijk met een snee zuurdesembrood die je even geroosterd hebt. En als je toe bent aan een hoofdmaaltijd, dan kook je er rijst en wat tuinerwtjes bij.

Voor de ragout:

125 gram roomboter

100 gram bloem

de bouillon die je net hebt gemaakt, ongeveer 750 ml tot 1 liter en wat kippenvlees

150 gram kastanjechampignons in plakjes

1 ui, fijn gesnipperd

1 stengel bleekselderij (optioneel), heel fijn gesneden

2 takjes tijm (alleen de blaadjes)

zout, peper of bouillonpoeder

Laat de boter smelten, voeg de ui en de bleekselderij toe en laat dit smoren. Voeg de tijm toe. Zeef de bloem en voeg dit in een keer toe aan de boter. Gaar de bloem en voeg daarna scheutje voor scheutje de bouillon toe. Roer goed en voeg weer opnieuw bouillon toe als alles is opgenomen. Herhaal dit tot de ragout de gewenste dikte heeft. 

Bak de champignons kort en voeg ze toe aan de ragout. Voeg het kippenvlees toe. Roer goed door elkaar.

Maak op smaak met zout of bouillonpoeder en peper.